Vaarbelangen standpunten



Samenvatting standpuntennota 2025.


0. Algemeen.
In de statuten van de Toerzeilers neemt belangenbehartiging een belangrijke plaats in. De
commissie Vaarbelangen speelt hierbij een centrale rol. De Toerzeilers zijn
bestuursdeelnemer in Waterrecreatie Nederland, de nationale koepel met als
speerpunten behoud en uitbouw van het toervaartnet, veiligheid, duurzaamheid en
innovatie.
Werkzaamheden commissie Vaarbelangen: Houdt planologische en andersoortige
ontwikkelingen in de gaten en onderneemt waar nodig actie.


1. Veiligheid.
Actief meewerken aan het promoten van de vaarregels door Varen Doe Je Samen, een
apart samenwerkingsproject onder Waterrecreatie Nederland. Aandacht blijven vragen
voor het gebruik van de marifoon t.o.v. smartphones.


2. Onbelemmerd vaarwater.
Brug- en sluisbediening: Inzetten op voldoende openingstijden en bedieningstijd om alle
wachtende jachten door te laten. Aandacht voor voldoende, goed onderhouden, mede
op jachten afgestemde wachtsteigers. Door het vele achterstallig onderhoud het overleg
met o.a. Rijkswaterstaat intensiveren en communicatie verbeteren. Hetzelfde geldt voor
ProRail. Tweezijdige doorvaart waar mogelijk bevorderen.
Staande mastroute: Het moet te allen tijde mogelijk zijn in één etmaal van het
Markermeer naar Dordrecht vice versa te varen. Door het achterstallig onderhoud aan
bruggen en sluizen is dit niet meer gegarandeerd. Vaarbelangen is deelnemer aan het
overleg voor de route Dordrecht-Amsterdam/Haarlem en ook betrokken bij de route
door Noord-Holland en bij de afspraken om de route Delfzijl-Lemmer te zekeren.
Doorvaart windparken op zee: Door eerdere actie van Toerzeilers, Kustzeilers en
Beroepschartervaart is er vrije vaart door de windparken Amalia en Egmond aan Zee. Dit
geldt niet meer voor de andere parken. Daar zijn corridors voorgeschreven. Bevorderen
van veilige doorvaart door gescheiden houden van grote en kleine scheepvaart. Wij
blijven pleiten voor vrije doorvaart net zoals in het Verenigd Koninkrijk en Denemarken,
waarbij veiligheid een belangrijke factor van invloed is.
Fonteinkruid: De overlast van fonteinkruid moet met alle middelen worden bestreden.
De handreiking maaien moet worden aangepast: er moet meer dan 10% van het areaal
gemaaid mogen worden en meer dan een keer per seizoen. Het maaien van vaargeulen-
en vaarroutes, oefen- en wedstrijdgebieden is prioriteit nummer een, maar daarnaast
moet ingezet worden op verdieping o.a. middels het zandwinbeleid. Ook het
baggerprogramma van Rijkswaterstaat moet ingezet worden om de geulen op vier meter
diepte te brengen zodat het fonteinkruid geen kans krijgt. Het middengebied van het
Markermeer moet vrij blijven; geen eilanden. De Toerzeilers zijn actief betrokken bij de
vernieuwde samenwerking 2024-2028 om de overlast structureel aan te pakken.
Stremmingen bij werkzaamheden en knelpunten bij water-, weg- en
spoorverbindingen: Inzetten op goede communicatie over geplande en lopende
werkzaamheden. Hetzelfde geldt voor grootschalige projecten als de vernieuwing van de
sluizen van Den Oever en Kornwerderzand. Tweerichtingsvaarverkeer waar mogelijk
stimuleren bij knelpunten en bruggen, en aandacht vragen voor en meewerken aan de
instelling van een blauwe golf op gepaste trajecten, zoals die is gerealiseerd tussen
Middelburg en Vlissingen. Tunnel of aquaduct bij zeer intensief verkeer; Fryslân geeft
hierbij het goede voorbeeld.


3. Natuur en milieu.
N2000 beheerplannen: Uitgangspunt is dat in beheerplannen aan vastgesteld “bestaand
gebruik” niet moet worden getornd. Flexibiliteit moet ingebouwd worden; onnodige
afsluitingen moeten worden voorkomen. Verdere beperkingen van de recreatie zijn niet
acceptabel. Via de PAGW zijn we betrokken bij de aanpassingen in bestaande
beheerplannen; waar nodig indienen van zienswijzen.
Gedragscodes: Er moet een landelijke code komen met artikelen voor speciale gebieden
zoals IJsselmeer en Wadden. De wildgroei aan codes is contraproductief. Die gedragscode
moet dan wijd verspreid worden. VDJS als nationaal programma is het meest geëigend
om deze code op te stellen. De vele nieuwe watersporters, die in de coronatijd het water
hebben leren waarderen, vragen daarbij om duidelijke en begrijpelijke informatie.
Zeespiegelstijging: Er loopt een kennisprogramma zeespiegelstijging; de Toerzeilers
zitten in de klankbordgroep. Maatregelen zullen uiteindelijk worden afgestemd op de
verwachte situatie in 2100. Vooralsnog is de invloed op de recreatievaart minimaal.
Art.20 gebieden: (voor de recreatie afgesloten gebieden). Deze moeten zoveel mogelijk
beperkt worden en waar mogelijk naar seizoen of gebruiksperiode aangepast worden
(hand aan de kraan principe). Op de Wadden uitgaan van dynamische zonering:
doorvaart waar het kan, afsluiten waar het moet.


4. Duurzaamheid.
Antifouling: Verzamel toepassingen/standpunten om te zien wat over een langere
periode beklijft. Promoot biocidevrije oplossingen, die zich bewezen hebben. Vermijd
oplossingen waarbij zeilers op het zoute water een of meer keren per seizoen hun schip
uit het water moeten halen om schoon te spuiten. De regelgeving voor plezier- en
beroepsvaart moet worden gelijkgetrokken. Zwaardere antifouling voor de binnenvaart
kan niet verdedigd worden met de stelling dat men meer vaart. Het Nederlandse
standpunt moet worden omgedraaid: niet eerst verbieden, maar allereerst zoeken naar
werkzame oplossingen voor het zoute water. Daarbij vol inzetten op innovatie en nader
onderzoek. De Toerzeilers nemen deel aan een werkgroep van Waterrecreatie Nederland
op zoek naar acceptabele antifoulings en de communicatie daarover. Streef naar voor het
milieu schonere antifoulings en het toepassen van hardere i.p.v. zelfslijpende
antifoulings.
Toiletlozingen: Verzegeling zal niet vóór 1-1-2026 verplicht worden. Er moeten
betaalbare en betrouwbare zuiveringsinstallaties voor aan boord beschikbaar zijn. Over
de technische uitvoering en de distributie van zegels loopt nog overleg; de Toerzeilers
nemen deel aan deze ministeriële werkgroep.
Dieselmotoren: Snelle winst is te behalen met de introductie van biobrandstoffen
(HVO100), mits die de afsluitrubbers niet aantasten en de filters schoonhouden. De
Toerzeilers nemen deel aan een werkgroep emissieloos varen, waarin aandacht aan alle
mogelijkheden, w.o. uiteraard elektrisch, wordt gegeven. Elektrisch varen blijft de
toekomst. Communicatie over mogelijkheden en ontwikkelingen is hierbij een belangrijk
aandachtspunt.


5. Ontwikkeling basis recreatie toervaartnet (BRTN).
Dit Toervaartnet, waarvan de staande mastroute deel uitmaakt, wordt mogelijk gemaakt
door een convenant dat Waterrecreatie Nederland heeft afgesloten met de provincies,
het rijk, waterschappen en gemeenten. Dit loopt nu voor de periode 2020-2025. Wij zijn
betrokken bij de werkgroep die de vinger aan de pols houdt bij problemen en knelpunten
zoals op de Gouwe en bij de Haringvliet- en Algerabrug. Het Toervaartnet moet
opgenomen worden en blijven in de omgevingsvisies (nationaal, provinciaal en
gemeentelijk) en moet een centraal aandachtspunt blijven van alle betrokken overheden.


6. Landschap
Openheid: Het handhaven van de openheid en weidsheid is van essentieel belang voor
toerzeilers op de Wadden, het IJsselmeergebied en de Zeeuwse Delta. De Toerzeilers
hebben met vele andere organisaties met succes geprotesteerd tegen het zonne-
atollenplan nabij Wieringerhoek. De vele claims op het “lege” IJsselmeergebied
betekenen dat wij blijven strijden voor het centraal stellen van natuur en recreatie.
Windmolenparken: Deze zijn buiten de 12-mijlszone, gezien de Nederlandse
verplichtingen, acceptabel en hebben sterk de voorkeur boven grote concentraties in het
IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta. De grens in het IJsselmeergebied bereikt. De
lichtvervuiling hiervan moet worden gestopt.


7. Betaalbaarheid.
Heffingen: Bij bruggen en sluizen geen bruggeld. Gebruiksheffingen, zoals op de
Grevelingen en het Veerse Meer, moeten aantoonbaar en volledig ten goede komen aan
de waterrecreatie. Geen vaarbelasting, die in de Algemene Middelen van het Rijk
verdwijnt. Invoering van een vaarbijdrage heeft alleen meerwaarde als het gepaard gaat
met een meerjarig investeringsplan, dat de waterrecreant aantoont hoe en waar de
middelen worden besteed.


8. Ruimtelijke ontwikkelingen.
Zeeland: Het Volkerak-Zoommeer zal met de toenemende bezorgdheid over de
hoeveelheid zoet water in de Delta naar alle waarschijnlijkheid zoet blijven. Het
kierbesluit bij de Haringvlietsluizen werkt naar tevredenheid. De bemanning op de
vuurtoren Ouddorp is vervangen door radarcontrole vanuit Wemeldinge. Betrokken
blijven bij de uitwerking van de plannen inzake scheepvaartberichten en radarcontrole.
IJsselmeergebied: Niet meer eilanden dan de huidige Marker Wadden. Met het nieuwe
landelijk beleid dat bodem en water sturend zijn, is daar ook geen ruimte meer voor. Het
Markermeer is vooral ook een zoetwaterbekken voor drinkwater. De
grondstoffenwinning in het gehele IJsselmeergebied mede richten op de verdieping van
recreatie vaargeulen en -routes; daarmee worden tevens de waterplanten bestreden.
Openheid en weidsheid moeten kernwaarden blijven.
Waddenzee: De samenwerking in het Verbond Vaarrecreatie Waddenzee en daarmee de
goede samenwerking met o.a. de Wadvaarders voortzetten. Geen toegangsbeperkende
maatregelen. De vinger aan de pols houden bij de noodzakelijke baggerwerkzaamheden
van de kleinere jachthavens.
Noordzee: Dit gebied verwordt tot een industrieel en transport landschap, waar het
dringend gewenst is ook de belangen van de recreatievaart te behartigen, maar doordat
de recreatievaart en de visserij in de planningsfase van het Noordzee-overleg buitenspel
zijn gezet, kunnen we dit overleg niet meer beïnvloeden. Wij werken samen met het
regioteam van het Watersportverbond en de BBZ om de risico’s, die zijn ontstaan door
het volledig sluiten van de windparken op zee, te beperken.


9. Organisatie waterrecreatie.
In het bestuur van Waterrecreatie Nederland, de werk- en themagroepen onze
opvattingen over de kernthema’s routenetwerken, veiligheid en duurzaamheid actief
uitdragen. Waterrecreatie Nederland is een publiek-private samenwerking, waarbij een
sterk verbond van private partijen zoals Toerzeilers, Watersportverbond, Nederlandse
Motorbootsport, Roeibond en Hiswa-Recron van veel belang is. Samenwerking in
concrete projecten met de private partijen vindt plaats in het Netwerk Waterrecreatie.


10. Regelgeving.
Jachtenradar: In samenwerking met de 5 andere organisaties een doorbraak bereiken in
het toestaan van het gebruik van jachtenradars. Veiligheid en opleidingen zijn daarbij de
grootste argumenten.
Registratie: Registratie komt duidelijker in beeld als dat ook kan leiden tot een betere
ICP/lichte zeebrief en tot het wieden in de woud van vignetten en doorgangsregels. Met
alle waterrecreatiepartijen een gezamenlijk standpunt bepalen over de voorstellen voor
registratie vanuit de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat en Justitie en Veiligheid
waar het hoofdaccent ligt op tegengaan van ondermijning en verwijdering/sloop van
schepen. Alleen bij registratie kan een Blauwfonds worden gerealiseerd, bij voorkeur dan
beheerd door Waterrecreatie Nederland.
Vaarbewijs: Er moet meer praktijk in de vaarbewijs opleiding worden ingebouwd. Thans
is het vaarbewijs verplicht voor schepen langer dan 15 meter of sneller varend dan 20 km
per uur. De handhavers zijn voor een verlaging naar 10 meter; wij zijn daar gevoelig voor.
De Toerzeilers zijn betrokken bij de discussie over een extra module bij vaarbewijs 2 i.v.m.
de toenemende regelgeving en veiligheidseisen op de Noordzee door alle windparken en
medegebruik.